Verspanende ondernemers kunnen fors meer output uit hun bestaande machine- en personele capaciteit halen. Zo is met de operator performance ratio (OPR) potentieel per CNC-machine tot zo’n 400.000 euro extra omzet op jaarbasis mogelijk. Dat zegt Frank Biemans van BMO Automation.
Verspanende bedrijven focussen vooral op hoe hun machines zo veel mogelijk autonoom kunnen verspanen. “Dat is ook erg belangrijk”, vindt Biemans, eigenaar/oprichter van BMO Automation. “Maar ze vergeten hoeveel manuren het kost om een CNC-machine 6.000 uren op jaarbasis te laten draaien.” Biemans pleit dan ook voor de OPR.
Focus op manuren en spindeluur-output
Zeker blijven spindeluren belangrijk, benadrukt hij. Maar in tijden waarin het personeelstekort de grootste bottleneck is, blijven bedrijven vaak investeren in bijvoorbeeld arbeidsintensieve automatisering, zoals palletbelading. Of ze investeren juist niet in CNC-machines met een grote gereedschapswisselaar, waardoor de operator dagelijks uren bezig is op gereedschap te verwisselen.
De focus moet, volgens Biemans, liggen op hoeveel manuren je ergens in moet investeren om een spindeluur-output te krijgen. Juist door deze verhouding te optimaliseren, kan de performance van de productiefaciliteit enorm omhoog.
Een waardevolle toevoeging om hier meer aandacht op te vestigen is volgens hem de operator performance ratio. Het is zaak om deze ratio te verhogen.
Schaarse vakmensen effectief inzetten
Iedere productiemanager of eigenaar van een maakbedrijf kent ze wel: termen als TEEP (total equipment effectiveness performance) en OEE (overall equipment effectiveness). Dit zijn KPI’s (key performance indicators) die aangeven hoe effectief de machines worden ingezet.
Biemans pleit ervoor om, in de huidige tijd met krapte op de arbeidsmarkt, deze begrippen uit te breiden met de vraag hoe effectief medewerkers ingezet worden. Deze KPI is de OPR.
“Machines en apparatuur kun je kopen of leasen. Maar vakmensen vind je niet zomaar”, stelt hij. “Gebrek aan CNC-operators en programmeurs zorgt momenteel voor stagnatie bij toeleveranciers. Zeker in de verspaning is het werk er, maar bedrijven kunnen de vraag niet aan omdat ze onvoldoende vakmensen hebben.”
Zelfde manuren, hogere machine-productiviteit
Met de operator performance ratio kunnen bedrijven uitrekenen hoe het aantal spindeluren zich verhoudt tot het aantal operators. Van hieruit kunnen ze dan gaan toewerken naar méér spindeluren met dezelfde operators. “Dat is de oplossing voor het personeelsgebrek”, zegt Biemans.
De berekening is eenvoudig: deel het aantal spindeluren door het totale aantal manuren (inclusief de insteltijden en de uren die het beladen van een robotcel kost) om tot de OPR te komen.
Dat kan voor sommige bedrijven tot verrassende conclusies leiden.

Een rekenvoorbeeld: Als een operator in dagdienst één CNC-machine bedient die 30 spindeluren in een week haalt, is de OPR 0,75.
Maar maakt de CNC-machine 90 spindeluren in de week doordat er in een 3 ploegensysteem wordt gewerkt, blijft de OPR 0,75.
Een operator die overdag (40 uur) de CNC-machine instelt, waarna er 120 spindeluren in de week worden gemaakt, levert een OPR van 3 op. Dat betekent vier keer zoveel output als bij het bedrijf met één man, één machine.
“Het gaat om productiviteit versus manuren die je erin moet stoppen”, vat Biemans samen.
Wie het aantal spindeluren bij hetzelfde aantal operators dus vergroot, brengt de uurprijs naar beneden. Personeelskosten zijn immers in de meeste bedrijven de grootste kostenpost.
Gebrek aan vakmensen zet de rem op de groei van de organisatie. Biemans raadt voor de beste performance dan ook aan: “De mensen daar inzetten waar ze het meeste waarde toevoegen en de rest automatiseren.”
Méér output met multi-batch automatisering
Verspanende bedrijven in West-Europa kunnen volgens hem veel meer output uit hun huidige machine- en personele capaciteit halen.
Multi-batch automatiseren, zoals BMO Automation met de robotcellen mogelijk maakt, is een eerste goede stap, stelt hij. Juist omdat hierbij pallet- en producthandling gecombineerd wordt, zodat in kleine series verschillende producten onbemand door elkaar geproduceerd worden.
“Maar zelfs dan zien we dat het bedrijven niet lukt om de machine de hele nacht door te laten lopen”, zegt Biemans. Dat komt onder andere door de lange insteltijden. Gebrek aan standaardisatie, zowel qua gereedschappen als in materialen, is een factor die belemmerend werkt op een volledige nacht onbemand doorwerken.
“We kunnen allemaal wel connected zijn en slimme software aanschaffen, maar als standaardisatie niet op orde is, ben je als organisatie niet schaalbaar.” Daarnaast moet je kijken wie welke taken uitvoert, vindt hij. “Waar heb je echt vakkennis nodig en waar niet? Is het vullen van de cel het werk van de verspaner of logistiek medewerker?”
“Reken niet alleen met een bemand en onbemand uurtarief maar neem er, om de laatste uren met eenvoudig werk in de week te vullen, nog een goedkoper tarief bij.”
Calculeren gebeurt vaak nog traditioneel
Wie met deze KPI gaat werken, zal al snel zien dat de focus op meer vlakken verschuift, stelt hij. “Vaak calculeren bedrijven nog traditioneel: ze kijken hoeveel de bewerkingstijd is, vermenigvuldigen dat met het uurtarief en dat is de prijs”, houdt Biemans voor.
“Het is beter te kijken naar welke productmix in een week voor de meeste output zorgt.” In de huidige markt met méér vraag dan aanbod én een kortere time-to-market, is doorlooptijd dikwijls belangrijker.
Een vuistregel is dat hoe hoger de OPR binnen het bedrijf is, des te korter de doorlooptijd en des te lager de kostprijs. “Daar is de afnemer dus het beste mee geholpen”, aldus Biemans.
De OPR helpt bedrijven dit soort problemen te detecteren en op te lossen, stelt hij.
Tot 400.000 euro extra omzet per CNC-machine
Productiemanagers krijgen dankzij deze KPI zicht op hoeveel manuren nodig zijn om een bepaalde productie te halen. “Als je een referentiemeting doet, kun je ernaar streven elke week een beetje beter te worden.”
Een rekensom die BMO Automation in een gesprek met klanten wel eens maakt, laat het enorme verbeterpotentieel zien: Een machine die 8760 spindeluren op jaarbasis maakt met één operator levert potentieel (bij een uurtarief van 60 euro) zo’n 400.000 euro op jaarbasis extra op, vergeleken met een CNC-machine die 1800 spindeluren per jaar maakt.
En met 140 productie-uren in de week, gaat de doorlooptijd van 5 weken zonder automatisering terug naar 2,5 week mét automatisering.
“Focus op OPR,” adviseert Biemans dan ook. “Anders ga je die uren output met een mix van producten zeker niet halen.”