Pagina 41 van: Metaal Magazine 3 – 2019

geen optie omdat onze medewerkers
uit de buurt komen. Die zitten hier
en die blijven hier. Dus verduurza-
men we op de plek zelf.”
Op de bestaande plek is de indeling
van het pand, dat stamt uit 1978,
helemaal op de schop gegaan en
opnieuw ontworpen zodat het geheel
nu voldoet aan de eisen die gelden
voor 2025. Het nieuwe pand is verder
in lijn gebracht met andere panden
van DMG Mori. Hierdoor zijn er veel
herkenningspunten voor klanten.
Door het vele glas, de witte gevel-
bekleding en de heldere kleuren oogt
het geheel nu veel lichter en opener.
Ruimte voor service
Qua indeling was er minder op-
slagruimte nodig, omdat bestelde
onderdelen nu snel uit Duitsland
komen. Aan de andere kant is juist
meer ruimte ingeruimd voor de
serviceafdeling. Ook zijn er trai-
ningsruimten, een kantine met
volop buitenlicht en een moderne
demoruimte. Het pand heeft snelle
glasvezelverbindingen gekregen
voor optimale connectivity. Aan de
achterzijde kunnen vrachtauto’s
nu ongedwongen laden en lossen,
zonder het doorgaande verkeer te
hinderen. De logistieke ruimte voor
de tussenopslag opent op een later
moment.
De grootschalige, ruim 1 miljoen
kostende modernisering heeft in
totaal anderhalf jaar geduurd. Dat
vroeg soms best flexibiliteit en
improvisatie van de medewerkers,
maar dat is nu allemaal verleden
tijd.
De opening van het pand was
tegelijk met de start van de Demo-
week.
Dit artikel is tot stand gekomen in samen-
werking met DMG Mori Nederland.
het vernieuwde Nederlandse DMG
Mori-technologiecentrum te openen.
Nederland is volgens Ghilardi een
innovatieve markt waarbij techno-
logie een belangrijke aanjager is.
Ook wordt nieuwe technologie er
snel omarmd. Er zijn inmiddels al
meer dan vierduizend DMG Mori
CNC- machines geïnstalleerd. “Het is
bovendien een geavanceerde auto-
matiseringsmarkt; nog geavanceer-
der dan Duitsland. Wij krijgen uit
Nederland dan ook veel input voor
onze automatisering. Meer doen met
minder mensen is er noodzaak. Bo-
vendien heeft deze markt een open
exportmentaliteit. Je ziet Nederland-
se bedrijven overal in de wereld.”
Connectivity
Kooning benadrukte dat DMG Mori
een ‘people’s company’ is. “Wij den-
ken dan ook niet alleen in machines.
Wij gaan een relatie met klanten aan
en bieden hen oplossingen.” DMG
maakt zich sterk voor automatisering
en digitalisering en dat start met con-
nectivity. In tegensteling tot wat veel
mensen denken, wordt bij connecti-
vity de persoon erachter en de relatie
met hem juist belangijker, vindt
Ghilardi. “Er is immers geen goede
communicatie mogelijk zonder een
goede communicatie met de klant. En
ook niet zonder partners. We kunnen
het niet alleen, en daarom moeten
we relaties opbouwen.” Vandaar ook
de relatie die DMG Mori is aangegaan
met Brainport Industries Campus
(BIC) Eindhoven en met KMWE te
Eindhoven. DMG Mori staat met
enkele moderne vijfassers al in het
Summa College dat op de BIC geves-
tigd is. Later dit jaar opent het bedrijf
op de campus een eigen democen-
trum met trainingsfacili teiten.
‘Locatie is goed’
Thönes gaf tijdens de opening aan
dat het bedrijf gelooft in een sterke,
gedecentraliseerde structuur, voor
een goede, lokale binding met de
klanten. DMG Mori Nederland bleef
op de bestaande plek in Veenendaal
zitten, omdat de locatie goed is,
aldus Kooning. “Verhuizen was ook
De receptie.
De goed bezette demoruimte tijdens de
opening.
Licht overheerst in de nieuwe kantoren.
METAAL MAGAZINE / APRIL 2019 PRODUCTIETECHNIEK 41
‘In Nederland is
technologie een
belangrijke aanjager’
40-41_dmgmori.indd 41 09-04-19 08:01