Pagina 27 van: Metaal Magazine 2 – 2015

j a a r g a n g 5 3 | w w w . m e t a a l m a g a z i n e . n l | 2 – 2 0 1 5 27
M E T A A L B E W E R K E N
is begonnen met eigen ontwikkelingen. Hoe-
wel veel initiatieven nog maar net in de kinder-
schoenen staan lijkt dat toch interessante con-
cepten op te leveren. Het afgelopen jaar wer-
den op een aantal vakbeurzen in ieder geval
machines ten doop gehouden waarbij additive
manufacturing technieken worden gecombi-
neerd met vijfassig hogesnelheidsfrezen.
Lumex Avance 25
Een voorbeeld daarvan is de Lumex Avance 25
die Matsuura dit najaar ten doop zal houden op
de EMO 2015 in Milaan. Hoewel, eigenlijk gaat
het om een herstart, want de machine werd
eerder al in 2011 gelanceerd op de EuroMold.
De markt bleek er destijds nog niet rijp voor,
blijkt uit de toelichting van Henny ten Pas van
Bendertechniek in Veenendaal, dat Matsuura in
ons land vertegenwoordigd. Echter na succes-
volle verkopen in met name Azië waagt Mats-
uura in Milaan dus een nieuwe poging, nadat
er de afgelopen jaren hard is gewerkt om de
machine qua mogelijkheden en prijsstelling
voor Europa aantrekkelijker te maken. Bij de
Lumex Avance 25 wordt selective laser sintering
(SLS) gecombineerd met hogesnelheidsfrezen.
Op een basisplaat wordt het product volgens
het gebruikelijke AM-concept opgebouwd
door een laag metaalpoeder te doseren met
behulp van een rakelsysteem en dit vervolgens
te sinteren met behulp van een laserbundel vol-
gens de geometrie van het product. De grote
charme is dat het product na een of meerdere
lagen tussentijds kan worden nagefreesd, al
naar gelang de eisen die worden gesteld aan
nauwkeurigheid en afwerking. Volgens Mats-
uura kan de productietijd van matrijzen op
deze machine met 30% tot 50% worden be-
kort, terwijl materiaalverliezen beperkt blijven.
Bij Bendertechniek was begin 2015 nog niet be-
kend in hoeverre de nieuwe Lumex Avance 25
qua basisspecifi caties overeenkomt met de ver-
sie van 2011. Op die machine konden producten
worden opgegroeid en gefreesd tot een for-
maat van 250 mm x 250 mm x 185 mm, waarbij
voor het sinteren gebruik werd gemaakt van
een 400 W Yb-laser. Scansnelheden van 5 m/s
behoorden tot de mogelijkheden, met bundel-
diameters tussen 100 micrometer en 600 micro-
Belgische voortvarendheid
Hoewel binnen de metaalwereld vooral bekend als leverancier van meetgereedschappen
is ook Renishaw al enige tijd actief op het gebied van additive manufacturing technologie.
Weliswaar niet met een hybride machine, maar wel succesvol.
Sinds de EMO 2011 brengt het bedrijf de AM250 op de markt, voor het 3D-printen van me-
talen. “Renishaw telt zestien productdivisies en het 3D- printen past goed binnen ons pakket
als aanvulling voor de metaalindustrie die wij willen bedienen”, aldus Philippe Reinders Fol-
mer, directeur van Renishaw Nederland. “We kennen de gebruikers en beschikken over een
brede kennis van metalen.” De producten worden opgebouwd uit metaalpoeders in lagen
van 20 micormeter tot 100 micrometer, die vervolgens met behulp van een fi berlaser met
een vermogen van 200 W of 400 W worden gesmolten. Dat gebeurt in een vacuümkamer die
gevuld wordt met argongas om een zuivere en inerte atmosfeer te creëren. Dit is met name
van belang voor reactieve materialen als titanium en aluminium. Op de AM250 kunnen pro-
ductformaten worden vervaardigd tot 250 mm x 250 mm x 300 mm, als optie kan de hoogte
worden uitgebreid tot 360 mm. De laserbundel heeft een diameter van 70 micrometer en de
scansnelheid kan oplopen tot 2000 mm/s. Afhankelijk van de gestelde eisen, dus de laagdikte,
resulteert dat in een productiesnelheid variërend van 5 tot 20 cm3/uur. Inmiddels zijn vier ma-
chines geïnstalleerd, alle in België. De Belgische voortvarendheid is volgens Reinders Folmer
vooral te danken aan de voortrekkersrol van de KU Leuven. De Nederlandse metaalindustrie
noemt hij ‘schuchter’ als het gaat om de bereidheid om in deze nieuwe mogelijkheden te
investeren.
Additive en verspanen
op één machine
>>>
Veel materiaalkennis nodig
De laserkop op de Lasertec 65 bezig met het
oplassen van een nieuwe laag. De techniek biedt
ook mogelijkheden bij de reparatie van producten
(foto: DMG Mori)
De AM250 van Renishaw voor het
3D printen van metaalproducten
(foto: Renishaw)
Miniatuurscheepjes ter grootte van
5 mm vervaardigd op de AM250
van Renishaw. Dit ter illustratie van
de fi jne structuren die mogelijk zijn
(foto: Renishaw)
26-29_additvemanufacturing.indd 27 13-02-15 12:07