Het SafetyEYE van Pilz opent nieuwe perspectieven voor
veilige automatisering in de industrie. Dit kan van lopende band tot robotcel
tot aanzienlijke besparingen op de traditionele veiligheidscomponenten leiden.
Waar nu nog een groot aantal sensoren noodzakelijk is, wordt bij SafetyEYE de
gevaarlijke zone omgeven door een driedimensionale, goed passende
‘beschermcocon’.
Beschermde ruimten kunnen nu flexibel en snel vanaf de pc worden geconfigureerd. Met SafetyEYE is het mogelijk te beschermen, sturen en bewaken met slechts één systeem. Op het gebied van veiligheid profiteren gebruikers van grote flexibiliteit en productiviteit.
Tot nu toe gebruikte veiligheidstechnische oplossingen hebben soms beperkingen. Als voorbeeld een robot-werkstation dat verschillende robots bevat en beveiligd is door omheiningen. Meestal zijn er extra veiligheidsvoorzieningen nodig zoals lichtschermen en laserscanners in combinatie met bereikschakelaars op de robots. Deze detecteren wanneer iemand de gevaarlijke zone betreedt of zich daarin bevindt.

Alleen vlakken
Maar met deze opto-elektronische veiligheidsvoorzieningen kunnen geen ruimtes, maar alleen vlakken worden bewaakt. Is er bovendien geen vrije optische verbinding, dan moet het werkstation ook nog voorzien worden van schakelmatten. Een aaneensluitende bewaking van de actieradius van een robot is op deze manier niet of slechts met veel technische voorzieningen haalbaar. En dan is er nog een aspect: het grote aantal verschillende componenten en de complexe schakeling hiervan maken het afschermen van een robotwerkstation niet alleen kostbaar, maar ook nadelig voor de beschikbaarheid ervan.
Maar met deze opto-elektronische veiligheidsvoorzieningen kunnen geen ruimtes, maar alleen vlakken worden bewaakt. Is er bovendien geen vrije optische verbinding, dan moet het werkstation ook nog voorzien worden van schakelmatten. Een aaneensluitende bewaking van de actieradius van een robot is op deze manier niet of slechts met veel technische voorzieningen haalbaar. En dan is er nog een aspect: het grote aantal verschillende componenten en de complexe schakeling hiervan maken het afschermen van een robotwerkstation niet alleen kostbaar, maar ook nadelig voor de beschikbaarheid ervan.
Werking
Het hele SafetyEYE systeem bestaat uit drie componenten: de sensor-unit, een krachtige processor en een veiligheidsbesturing. Hierdoor kan een met SafetyEYE beveiligd robot-werkstation kan bijvoorbeeld geheel open werken. Belemmerende afschermingen zoals lichtschermen en hekken zijn niet meer nodig. De sensor-unit bevindt zich boven het werkstation en houdt de gehele beweegruimte van de robot in het oog. Manipulaties zijn daardoor bij voorbaat uitgesloten.
Het hele SafetyEYE systeem bestaat uit drie componenten: de sensor-unit, een krachtige processor en een veiligheidsbesturing. Hierdoor kan een met SafetyEYE beveiligd robot-werkstation kan bijvoorbeeld geheel open werken. Belemmerende afschermingen zoals lichtschermen en hekken zijn niet meer nodig. De sensor-unit bevindt zich boven het werkstation en houdt de gehele beweegruimte van de robot in het oog. Manipulaties zijn daardoor bij voorbaat uitgesloten.
Binnen deze ruimtesegmenten beweegt de robot tijdens zijn werkcyclus. De gevaarlijke zones zijn gedefinieerd als een virtuele enveloppe, die de waarschuwings- en beschermde ruimtes omsluit. Alleen objecten die in deze zones komen zijn potentieel in gevaar.
Geen onmiddellijke noodstop
Wat SafetyEYE bijzonder maakt: een inbreuk op een beschermde ruimte leidt niet automatisch tot een noodstop. Overtreedt een medewerker de grenzen van de virtuele beschermde ruimte op een plaats die de robot pas enkele seconden later zou bereiken, dan draagt de besturingstechniek er zorg voor dat de robot met extreem lage snelheid verder beweegt. Als de medewerker zich vervolgens door het alarmsignaal gewaarschuwd terugtrekt, werkt de robot met normale snelheid verder. Pas wanneer de medewerker in de direct gevaarlijke zone komt, volgt een noodstop.
Wat SafetyEYE bijzonder maakt: een inbreuk op een beschermde ruimte leidt niet automatisch tot een noodstop. Overtreedt een medewerker de grenzen van de virtuele beschermde ruimte op een plaats die de robot pas enkele seconden later zou bereiken, dan draagt de besturingstechniek er zorg voor dat de robot met extreem lage snelheid verder beweegt. Als de medewerker zich vervolgens door het alarmsignaal gewaarschuwd terugtrekt, werkt de robot met normale snelheid verder. Pas wanneer de medewerker in de direct gevaarlijke zone komt, volgt een noodstop.