Het bedrijfsleven in Nederland krijgt dit jaar te maken met sterk stijgende loonkosten, stelt ABN Amro. Dit komt door krapte op de arbeidsmarkt en de hoge inflatie. Toch zijn voor de industrie de stijgende loonkosten ondergeschikt aan het structurele tekort aan medewerkers met technische kennis en vaardigheden.
In 2022 stegen de cao-lonen in het bedrijfsleven als geheel al met 3,2%; de grootste stijging sinds 2008. Dit jaar stijgen de loonkosten naar verwachting zelfs met 6,1%. Voor het gehele bedrijfsleven leidt dat tot een stijging van de loonkosten met circa 17 miljard euro, zo blijkt uit berekeningen van ABN Amro.
In de meeste sectoren nemen de lonen snel toe, stelt de bank. De stijging van cao-lonen bedraagt over de periode 2022-2023 cumulatief circa 10%, blijkt uit een combinatie van cijfers van het CBS en de Algemene Werkgeversvereniging Nederland (AWVN).

Hogere kosten in 2023 lastiger door te berekenen
De economische gevolgen van de energiecrisis lijken mee te vallen, aldus ABN Amro. De Nederlandse economie groeide afgelopen jaar flink, vooral doordat consumenten veel bleven besteden.
Veel ondernemingen zijn er nog redelijk in geslaagd de hogere kosten voor onder andere personeel, energie en grondstoffen door te berekenen aan hun klanten. In 2023 zou dat wel eens moeilijker kunnen worden doordat de economie afkoelt.
Voor een aantal sectoren verwacht ABN Amro een daling van de volumes, zoals de industrie (-3 procent). Ondernemers kunnen proberen kostenstijgingen door te berekenen aan hun afnemers, maar in een krimpende markt is het risico dat zij zich dan uit de markt prijzen duidelijk aanwezig.

Sector Industrie: productie daalt, maar beperkt
Na twee jaar van snelle groei staat de industriële productie in 2023 onder druk. De hogere rente remt de vraag naar halffabricaten, zoals onderdelen van metaal of kunststof, en kapitaalgoederen, waaronder machines, apparaten en transportmiddelen.
Ook de lagere economische groei en de onzekere economische vooruitzichten zorgen voor een lagere instroom van nieuwe orders. Doordat veel ondernemingen nog openstaande orders hebben weg te werken, blijft de daling van de productie dit jaar naar verwachting beperkt tot 3%, stelt ABN Amro.
Nog steeds hoge gasprijs
Energie-intensieve ondernemingen in met name de basismetaal- en de chemische industrie hebben het moeilijk. In deze branches daalde de productie in 2022 al met respectievelijk 5,7 en 4,5%.
Door de hoge energieprijzen, die een gevolg zijn van de vooral in Europa nog steeds hoge gasprijs, is het voor sommige ondernemingen lastig concurreren op de wereldmarkt.
Na de recente daling van de gasprijs, die in augustus 2022 een nieuw record bereikte, is deze nog steeds drie keer hoger dan twee jaar geleden. Voor 2023 voorziet ABN Amro een verdere daling van 6% in de chemie en 5,5% in de basismetaalindustrie.
De centrale banken zijn naar verwachting bijna kaar met het verhogen van de rente. ABN Amro verwacht dat vanaf december dit jaar de beleidsrente kan worden verlaagd, waardoor de vraag naar industriële producten kan aantrekken. In 2024 kan de industriële productie herstellen, met een groei van 4 procent.
Druk op de marge
De lagere productie dit jaar leidt in de industrie waarschijnlijk tot hogere gemiddelde vaste kosten per eenheid product, en dus druk op de marge in de industrie. Ook de hogere energie- en loonkosten zetten druk op de marges, evenals hogere rentelasten.
Om dat te compenseren kunnen bedrijven in de industrie proberen hun verkoopprijzen te verhogen, maar gezien de toenemende internationale concurrentie zal niet iedereen daarin slagen.
Voor de sector industrie zijn stijgende loonkosten zoals gezegd ondergeschikt aan het structurele tekort aan medewerkers met technische kennis en vaardigheden.
Inzetten op automatisering en digitalisering
Die krapte op de arbeidsmarkt neemt voor industrie dit jaar iets af. Maar zodra de economie aantrekt, zal de krapte weer toenemen. Met het oog op de vergrijzing moeten bedrijven in de industrie dus inzetten op meer automatisering en digitalisering.
Zo kan worden geïnvesteerd in productielijnen die ook ‘s nachts en in het weekend kunnen doordraaien, waardoor de arbeidsproductiviteit, gedefinieerd als de productie per uur dat een medewerker aan het werk is, aanzienlijk kan worden verhoogd.
Opleiding
Het gaat niet alleen om de nieuwste machines en apparaten; medewerkers moeten er ook mee kunnen werken. Dat vergt opleiding en tijd, al geldt dat niet voor alle nieuwe apparaten.
Zo zijn cobots eenvoudig inzetbaar doordat ze ook te programmeren zijn zonder software te hoeven schrijven. Deze cobots kunnen eenvoudige handelingen imiteren, waardoor de inzet van personeel voor simpele werkzaamheden kan worden beperkt, stelt ABN Amro.