Nederland heeft een breed gedragen meerjarig industriebeleid nodig om maatschappelijke problemen, als de stikstofcrisis, het tekort aan personeel in de zorg en de klimaatverandering, structureel aan te pakken. Dat stelde FME op de Hannover Messe.
FME heeft Industrieagenda 2022-2024 opgesteld waarin staat hoe van Nederland een weerbare competitieve en internationaal verbonden industrie te maken is, die zorgt voor een brede welvaart en welzijn.
De pandemie en de oorlog in de Oekraïne hebben laten zien dat we kwetsbaar zijn voor verstoringen in internationale waardeketens, aldus FME. Daarom is industriepolitiek nu nodig. Niet alleen in Nederland, maar zeker ook in heel Europa.
Koploper worden
“Onze ambitie is helder “, zegt FME-voorzitter Theo Henrar: Nederland moet koploper worden in de digitalisering en verduurzaming van de industrie.”
“Dit is ook nodig om in de toekomst mondiaal concurrerend te zijn en om onze Europese strategische autonomie te versterken.”
Met een structurele, breed gedragen visie worden waardeketens bijvoorbeeld in de hightech, minder kwetsbaar.”
‘Onoverbrugbare achterstanden dreigen’
De FME-voorzitter waarschuwt: “Als we nu niet investeren in technologische industrie van morgen en overmorgen, dan dreigen we op onoverbrugbare achterstanden te komen ten opzichte van onze concurrenten.”
Henrar heeft de FME Industrieagenda vanaf de Hannover Messe digitaal overhandigd aan Micky Adriaansens, minister van Economische Zaken en Klimaat. Beiden beloofden elkaar binnenkort in het echt te ontmoeten in plaats van digitaal.
Innovaties voor maatschappelijke uitdagingen
De Nederlandse technologische industrie presenteert tijdens de Hannover Messe haar innovaties aan de belangrijkste Nederlandse handelspartner Duitsland en aan de rest van de wereld.
“Het zijn die innovaties waarmee we een bijdrage kunnen leveren aan grote maatschappelijke uitdagingen zoals klimaatverandering”, zegt Henrar.
Het thema van de Nederlandse inzending is dit jaar: Integrating Industries for a Smart Sustainable Future.